Robeyne in de Singlehanded 2009
De hele week vooraf al beter op het weer gelet en extra getutteld rond en op de boot. In 1993 deed ik al eens mee met een Midget 26: Dame Blanche. Weinig wind toen en een bootje dat traag was leidde tot opgeven halverwege. Het was een mooie Indian summer toen maar te weinig wind voor de 200 Mijl.
Dit jaar zal anders zijn: De Robeyne, een Roskilde 35, is een beter schip met goede zeileigenschappen en er wordt meer wind beloofd.
17-10
Het palaver om 12:00 en de erwtensoep zijn altijd al vaste elementen. Het nerveuze wachten tot het vertrek wordt gevuld met gezelligheid tussen bekenden en strategisch overleg over de route maar ook wensdromen: “de wind ruimt al naar NO”. We vertrekken dus met een stevige noorden wind 5-6 bft soms 7. De meeste boten gaan toch noord uit een enkeling gaat op de fok naar de sluis om eerst in Muiden een stempel te halen. Ik ga achter de meute aan met een paar slagen om het Enkhuizerzand. De meeste boten liggen voor me en de Balder komt me oplopen onder bijna vol tuig. Wat kan die boot hoog aan de wind, een plaatje om te zien. Na het Enkhuizerzand kan ik hoog aan de wind in een slag naar naar Den Oever. De wind nam af tot 10 knopen uit NO.
Juist voor de haveningang, inmiddels al pikdonker, loop ik stuurboord aan de grond. De motor moet aan om me van het zand te halen en na het verplichtte rondje heb ik de eerste 60 motorseconden te pakken. Vlot door de sluis met 15 motorseconden. De Willow en de Pharos liggen aan de remming en om 21:30 laat ik me door hen verleiden tot de eerste rustperiode.
Bij de start was ik nog veel te druk en langzaam kwam ik pas in het ritme en kreeg ik een beter gevoel voor de boot. Dat vastlopen is dan een redelijke verstoring.... al met al gaat het tot nu toe prima.
18-10
Om 5:00 heb ik er weer zin in en zou ik weer mogen starten. Het is nog donker maar ik zie dat er 1 bft wind staat recht in het Visjagersgaatje. Gecombineerd met de stroom die tegen staat is dat geen optie voor mij. Elk uur kijk ik naar de wind maar dat verandert weinig. Om 9:15 komt de Delta Flyer door de sluis. Hij was al in Lemmer geweest en gaat door. Langzaam gaat het door. De Bubbles komt om 9:45 terug van het wad en gaat aan de remming liggen rusten (?). Al die tijd ligt er al een boot bij de ingang achter anker, ik kan niet zien wie. 12:45 Bluenose komt door de sluis en gaat door. Hij wordt langzaam door de stroom meegenomen voor mij staat er nog steeds te weinig wind.
Om 13:45 krijg ik echt het gevoel te moeten gaan omdat anders de stroom weer tegen gaat staan. De wind is nog steeds knudde 1 bft. Maar het lijkt te kunnen. Wind en stroom nemen me mee naar het Visjagersgaatje. Op de platen liggen zeehonden te zonnen. Ik sta met zweet in mijn handen om zo hoog mogelijk te kunnen varen. Op het smalste stuk wil de stroom me bij de zeehonden afleveren en er is te weinig wind om te kruisen. De motor moet aan en om 14:45 lig ik uit de race.
Op weg naar Oude Schild, nu op de motor, paait Henri me. Hij vaart langzaam naar Den Oever en ligt dan nog in de race. Maar 's avonds zie ik hem terug in Oude Schild, we drinken samen een drankje en mijmeren wat. Gelukkig geen katterig gevoel en we zijn benieuwd hoe het de anderen vergaat.
19-10
Ik vertrek om 7:30 met een mooie ZW, via het Scheurrak naar Terschelling. Heerlijk zeilen met mooie luchten. In de West Meep zie ik meerdere tochtgenoten terug kruisen van de ankerplek: o.a. Delta Flyer, Cras Factus Est en Legolas. De Sturdy gaat mee van de ankerplek naar Terschelling. In de namiddag zie ik nog de Scoundrel die een stempel komt halen en weer weg is. Kanjers zijn het: de wind zal vannacht aantrekken tot 6-7 bft uit ZO en het wordt steen koud. Bij mij snort de kachel en ik neem een borrel.
20-10
Ik vertrek om 8:00 met een stevige 7 bft uit ZO. Geklooi om het zeil te zetten met twee twee reven. Zeilend en motorzeilend door de Slenk kom ik niet goed in mijn ritme: het loopt nergens mooi. In de Boontjes gaat het onder de beschutting van de dijk iets beter. Dan Belt Marijke. De broer van vriend Peter was solozeilen (Hindelopen-Oudeschild) om weer eens uit te waaien. Gisteren is de boot verlaten op het IJsselmeer aangetroffen. Ik bel Peter en hoor details, verslagenheid en veel verdriet. Voor de sluis in Kornwerd leg ik aan en drink een borreltje. Verward en niet goed in staat de gebeurtenissen een plaats te geven. Ik kijk hoe Jan Molenaar met de Fram komt aanzeilen. Prachtig onder zeil tot kort voor de haven, de fok omlaag en dan het laatste stukje op grootzeil. Perfect. Hij gaat direct naar de brug en zonder na te denken gooi ik los en schut met hem mee. Bij het uitlopen van de sluis staan al snel de zeilen bij de Fram; hij wil nog een stempel halen in Lemmer. Ik zeil achter hem aan met dubbel gereefd zeil en kotterfok; het loopt prachtig. Alles lijkt weer perfect: mooi in ritme, goeie bootbewegingen en snelheid bij een harde wind. Bij Workum zie ik een boot van Rijkswaterstaat strakke rakken varen op de plaats waar de verlaten boot aangetroffen is. Nu meer dan 24 uur later. Ik bel Peter en vertel dat er nog steeds naar zijn broer gezocht wordt. Elke informatie, hoe miniem ook, lijkt in deze onzekere tijd voor de familie welkom.
Ik doe Staveren aan en Marijke belt om te horen of ik veilig ben aangekomen. Verward blijf ik achter; tevreden over de perfecte zeilafloop vandaag met de Fram als voorbeeld loop ik over van verdriet. Een gedicht van Slauerhof (Een eerlijk zeemansgraf) en gesprek met vriend Coen beuren me weer wat op.
21-10
Vroeg op en ik vertrek meteen om op tijd bij de finish te zijn in Lelystad in de hoop nog enige reisgenoten te treffen. Er staat een dikke 6 uit ZO en het is mooi zeilen aan de wind. In een paar slagen kom ik voorbij het Enkhuizerzand en loop met een knikje in de schoot naar de finish.
De gevaren route is in Google Earth te zien:
1. In de race: Robeyne in Singlehanded 2009 <http://nl.wikiloc.com/wikiloc/view.do?id=582946>
2. Buiten de race om: Robeyne buiten Singlehanded 2009 <http://nl.wikiloc.com/wikiloc/view.do?id=582948>
van de 200 mijl zeilde ik er ongeveer 140.
Hier
staan wat mooie foto's
Het waren mooie en bewogen dagen.
René