17-10-2009
In het reglement staat dat de schipper in het journaal zijn geestelijke en mentale toestand moet bijhouden. Wel nu, die is euforisch. Het is een kalme nacht, een prachtige sterrenhemel en ….. ik doe weer mee na een jaar afwezigheid. Wat wil ik nog meer? Nou ja, er blijft wel iets te wensen over:
1. Gisterenavond was ik laat in Lelystad en miste daardoor het gezellige, gezamenlijke diner. Maar er waren ook niet zo veel deelnemers als in eerdere jaren. Vrijdag was normaliter altijd de gezelligste avond c.q. nacht. Er waren gelukkig wel een aantal\oude bekenden en het was ook gezellig, maar het waren er deze keer niet zo veel en iedereen ging opvallend vroeg te kooi. Worden we oud?
2. De wind is nagenoeg op bij Lemmer; daar lig ik op dit moment. Ik wil naar Kornwerd, samen met de Julia. Maar helaas ‘stranden’ we in een volkomen windstilte bij Stavoren. Ik lig om 0100 uur op circa 500 m van de haven en kom geen meter vooruit. Om 0200 uur lig ik nog op de zelfde plek. Dan de spijker er maar in om te slapen.
Ik slaap aangekleed op de bank en ’s nachts sta ik een paar keer op om te kijken of de Legolas goed blijft liggen. Om circa 0400 houdt ik het voor gezien en blijf in mijn kooi liggen. Ik check niet meer en slaap door tot 0900.
18-10-2009
Thee, gebakken eieren met spek en om 1000 ankerop. Om 1015 SMSt Ellen: “Gefeliciteerd met onze trouwdag”. Ik bel haar om “ons te feliciteren”.
Het zeilt heerlijk. De wind is NW3. Ik schrijf in de kuip in het zonnetje. Dit is genieten! Alhoewel. Om 1200 geniet ik nog steeds van een enorme rust; de zon schijnt heerlijk; het is warm in de kuip; boekje lezen; dobberen; maar …. géén voortgang! Zo wordt het niets met deze Singlehanded. Het blijft dobberen tot de Lorentzsluizen. Ook dat zit het niet mee qua snelheid; ik kan net niet mee met een schut en moet wachten tot de volgende. Wel is het makkelijk dat we nu ‘gewoon’ de marifoon mogen gebruiken, zodat ik weet waar ik aan toe ben.
Na de sluis gaat het iets beter, alhoewel nog steeds traag. Onderweg loop ik de Julia op. Mathijs denkt dat hij niet meer over de Boontjes kan. De Legolas gaat voorop en peilt; het lukt. De Julia kan er net overheen.
In Harlingen afgemeerd in de vluchthaven. ’s Nachts arriveert ook de Pretender. Mathijs en ik scoren een kaartje in Harlingen. Stempels hebben ze echt bijna nergens meer Henry. Die zijn alleen nog antiquarisch te verkrijgen. Daarna eten we gezamenlijk aan boord van de Legolas. Ik zorg voor pasta, Mathijs voor de wijn. Het is gezellig, maar de vraag die ons bezig houdt is “wat gaan we doen?”. We besluiten om 0300 te vertrekken. Eerst ankeren en daarna naar Terschelling.
19-10-2009
Veel te vroeg op! Dat wordt nooit een hobby van me. We zijn om 0320 buiten. In de haven zat ik nog even vast; daar gaan mijn nul motorseconden.
Het is spannend zeilen op het wad. Blij dat ik een plotter heb, maar ook daarmee blijft het spannend. We zijn te vroeg bij de West Meep; het is nog donker. Daarom eerst maar naar Terschelling. Ik heb geen zin om in het donker de onverlichte Noord Meep in te varen.
In Terschelling meren de Julia en de Legolas af langs de steiger voor de bruine vloot. Dat valt nog niet mee, er staat een sterke stroom. Tijdens een poging om tegen de stroom in te kruizen naar een steiger raak ik de strekdam met mijn hagelnieuwe roer: S..t! Bij het afmeren verspeel ik ook nog een stootwil die er vandoor gaat op de snellopende stroom.
We scoren een kaartje bij een ‘zeehondenboot’ en besluiten nog een uurtje te blijven liggen. Mathijs gaat ontbijten, ik ga even slapen. We vertrekken weer om 0820. Voor ons zagen we al de Delta Flyer en de Tzigane de haven uitkruisen. Ook de Balder zien we Terschelling verlaten.
Om precies 1000 uur zijn we in de Noorderbalgen. Om precies 1100 weer ankerop. We hebben besloten buitenom naar Oude Schild te gaan. Mathijs heeft ook Harry overtuigd van dit ‘goede idee’, dus de Tzigane vaart al voor ons richting zee. Onderweg neem ik alles nog eens door en becijfer dat ik waarschijnlijk pas om 0200 in Oude Schild kan zijn. De wind is tegen en gaat toenemen tot Bft 6. De stroom zal vannacht ook grotendeels tegen zitten, zowel op zee als bij het invaren van het Molengat. Ik ben nu al bekaf en heb last van wegtrekkers. Ik realiseer mij ook dat ik tussen Vlieland en Texel geen goede uitwijkmogelijkheden heb. Ik besluit dat het voor mij niet verantwoord is en keer om 1400 om. De Julia gaat alleen verder buitenom (de Tzigane is al buiten zicht).
Om 1530 ben ik weer op de plek waar ik om 1230 ook al was, bij de ingang van de Vliestroom. Alleen nu loopt de stroom tegen. Dat blijft zo tot Harlingen. Onderweg kom ik de Bluenose en de Pretender tegen. We varen gezamenlijk op naar Harlingen en meren daar ook gezamenlijk af in de vluchthaven. Het liefst was ik door gezeild naar Kornwerd, maar de wind is pal tegen (SW) en het is laag water. Dus de ruimte om te kruizen is marginaal.
’s Avonds eten Klaas en ik bij Henk, aan boord van de Bluenose. Wat een prachtige en comfortabele boot is dat toch. Klaas en Henk zijn al in Oude Schild geweest en willen bij Kornwerd het IJsselmeer op. Ik realiseer mij dat de kans dat ik deze Singlehanded ga uitzeilen zeer klein is geworden. Ik besluit het in ieder geval te proberen, dus morgen om 0700 eerst naar Oude Schild.
20-10-2009
Om 0730 ben ik buiten, samen met de Pretender. Henk realiseerde zich dat de Bluenose te diep steekt en hij pas rond 0900 over de Boontjes kan. De Legolas en de Pretender zeilen gezamenlijk op naar Kornwerd, waar de Legolas door vaart richting Doove Balg. Daar staat de stroom alweer tegen! Dat begint een gewoonte te worden. Gelukkig zit de wind in het SE zodat ik er toch met een SOG van 4’ over heen ga. Onderweg kom ik nog een andere Singlehander tegen, maar ik kan niet zien wie het is. Later hoor ik dat het de Julia is geweest. Ik word echt oud dat ik dat niet zag.
Om 1130 nader ik Oude Schild. Ik wil voor het invaren de motor standbye hebben en probeer hem te starten; geen geluid. Ook dat nog. Ik realiseer mij gelukkig snel dat de brandstof misschien op is en giet er een jerrycan in, terwijl de Legolas 20 graden helling heeft en hard langs Oude Schild schiet. Als de motor loopt moet ik terug kruizen. Uiteindelijk loop ik Oude Schild in en meer af. De havenmeester heeft warempel een stempeltje. De enige die ik deze Singlehanded gezien heb. Maar Rijkswaterstaat is dan ook een heel oud, klassiek instituut. De havenmeester kijkt voor mij nog even hoeveel water er nog boven de Bollen staat: NAP+1,2 m. Daar kan ik dus mooi niet meer overheen. Maar met SE wind is dat sowieso geen goed idee.
De SE wind is inmiddels toegenomen tot 6 á 7 Bft en blaast precies de haveningang in. Het is kansloos dat ik hier ooit uit kan kruizen. Dus moet ik helaas de motor gebruiken. Aan de andere kant, voor de Brijlepel kom ik toch al niet meer in aanmerking, ik mag heel blij zijn als ik überhaupt nog rond zeil. In de haven zet ik het derde rif; die heb ik tot nu toe pas twee keer gebruikt, maar het blijkt helaas een goed idee te zijn. De haven uitvarend moet ik de motor bijhouden tot bij de OS3 voordat ik weer kan zeilen. Ik maak eerst een slag naar oosten om vervolgens te wenden richting het Gat van de Stier. Nu zit de stroom eindelijk mee. Dat is echter van korte duur. In het Malzwin zit de stroom ‘gelukkig’ weer ouderwets tegen; dat ben ik zo langzaam gewend. In Malzwin en Visjagersgaatje moet ik opkruizen tegen stroom en wind. Er zijn tientallen mosselvissers aan het vissen, ook in de vaargeul. Ik weet niet meer hoe vaak ik overstag ben gegaan maar ben er ongeveer vier uur mee zoet. Om 1700 ben ik eindelijk bij de Stevinsluizen waar ik strak langs de leidam vaar. De bodem vliegt opeens omhoog van 3,0 m diepte naar 1,4 m en Legolas knalt met zijn kiel op de stortsteen. Zo langzaam aan begin ik mij af te vragen of dit het allemaal wel waard is.
Om 1800 ben ik eindelijk op het IJsselmeer. Omdat ik moet opkruizen tegen de SE 7 wil ik de windvaan laten sturen. Die blijkt het niet goed meer te doen, er is iets mis met het mechanisme. Ik haal hem weer van de helmstok maar stoot daarbij een stootwil overboord. Ik probeer vier keer hem op te pikken maar slaag daar niet in. Wel maak ik een klapgijp en probeer de grootschoot op te vangen in mijn rechter armholte; géén goed idee! Mijn arm doet behoorlijk zeer en er is een bevestigingsbeugeltje van de buiskap gebroken. Ik ben het zat en laat de stootwil voor de eerlijke vinder. Ik kruis naar Enkhuizen waar ik eindelijk om 2300 afmeer in de stadshaven. Ik reken even: ik mag om 0700 verder en moet dan eerst naar Muiden en dan nog naar Lelystad. Dat ga ik niet redden. Mijn thuishaven Hoorn is ‘om de hoek’. Ik besluit dus niet om 0700 door te gaan, maar pas om 1000 en rechtstreeks naar Hoorn te gaan. Helaas! Legolas geeft het op.
21-10-2009
De volgende dag vaar ik met een stevige wind naar Hoorn. Het is een heerlijke tocht. In Hoorn tuig ik de Legolas af en maak de balans op. Henry zei bij het palaver dat wij “eigenlijk levensgevaarlijk bezig zijn”. Nu is er deze tocht totaal geen sprake geweest van “levensgevaar” noch van benauwde momenten die ik andere keren wel eens heb mee gemaakt. Maar wel vraag ik mij af of alle schade het zo langzaam aan nog wel waard is. Het antwoord op deze vraag is voorlopig nee. Maar of ik daar zo over blijf denken weet ik niet.