Xenia (Dehler 41 CR))
schipper : Michael Lange
samenvatting journaal :
De Xenia is het langste schip
in de vloot. Michael is Duits en schrijft natuurlijk zijn journaal in zijn
eigen taal.
Hij kiest voor Urk als eerste
bestemming. Als hij daar alweer naar buiten wil kruisen komt het hele veld nog
naar binnen en daardoor kan hij het niet helemaal zonder motor stellen.
Hij vaart achter de twee
koplopers aan richting Den Oever. Even later ziet hij achter hem dat het
grootste deel van het veld voor Lemmer kiest. Als voor hem dan de Houd van Hout
naar Medemblik blijkt te gaan en de andere voorligger (“mit grüner Spi und
unglaublich schnell!”) naar Stavoren gaat, slaat de twijfel toe. Het is voor
Michael de eerste SH en hij heeft het vermoeden dat hij iets fout doet. Toch
geniet hij van het zeilen en hij is dat hij aan deze uitdaging begonnen is. In
den Oever meert hij af voor de nacht en hij is opgelucht als er later die avond
toch nog andere SH-ers aankomen.
Om vier uur ‘s ochtend
vertrekt Michael met stroom en wind mee richting Oudeschild. Daar is hij al om
06:00 uur. Hoe kom je op zondag zo vroeg aan een stempel? Na aan vele dichte
deuren getrokken te hebben, praait Michael een rondvarende
politiepatrouilleboot en weet de dienders een handtekening te ontfutselen.
“Rare jongens, die Duitsers”, zullen ze gedacht hebben. Verder met de stroom
mee naar Harlingen en onder genaker door naar Terschelling en Vlieland. Het was
allemaal nauwkeurig berekend met het oog op de stroom, maar na Terschelling,
onderweg naar Vlieland valt het plan in het water door de wegvallende wind.
Even gaat het zelfs mis: zonder wind wordt Micheal vlak voor de haven van
Vlieland op de plaat gezet. Om vastlopen te voorkomen gooit hij het anker uit,
maar de stroom trekt zo hard dat de lijn door zijn handen snijd. Op letterlijk
de laatste 10 cm van de ankerlijn lukt het hem nog net de lijn te beleggen.
Zijn linkerhand ligt open en zijn genaker hangt verwart in de zaling. Het lukt
deze te strijken en om zijn hand doet hij een noodverband. Het begint echter
vreselijk pijn te doen en aan boord heeft hij geen desinfecteermiddel. Daarom
besluit hij op de motor de haven in te varen. Daar wordt zijn hand netjes
verbonden. Als de jodium in de verse wonden komt hoort hij “die Engel im Himmel
pfeifen!”
Na 8 uur slaap besluit hij
niet op te geven en door te varen als echte “singelhander”. Hij weet dat hij
met het starten van de motor om de haven binnen te komen diskwalificatie heeft
geriskeerd, maar hij wil de tocht toch afmaken. Op naar Kornwerd dus en van
daar verder naar Medemblik. Het kruisen lukt hem dankzij de zelfkerende fok en
hij kan dankzij zijn hefkiel stukken over het wad afsteken. Op het IJsselmeer
dwingt de wisselvallige wind hem tot drie keer toe te reven en de ontreven.
Michael is erg blij met zijn rolgrootzeil!
In het donker gaat het onder
genaker verder naar Stavoren. Voor Michael een onvergetelijke ervaring.
De volgende ochtend zeilt
Michael in de dichte mist naar Lemmer. Hij schuifelt voorzichtig van ton naar
ton, maar dat blijken de tegenliggers ook te doen. Plotseling doemt er 20 meter
voor hem een tweemaster onder vol zeil op tegenkoers op uit de mist. Het gaat
net goed.
Net voor Lemmer trekt de mist
op en kan hij zelf onder zeil aanleggen en afvaren. Weer onder genaker
vliegt hij daarna in 2 uur
naar Enkhuizen. Daar kan hij, na de stempel gehaald te hebben, zo de sluis
invaren en is 5 minuten later al op het Markermeer. Naast een gloeiend rode
hemel in het westen kan hij de maansikkel volgen die boven Muiden staat. In
Muiden geniet Michael van een lange nacht en de volgende dag finisht hij om
half twee.
Michael legt in zijn eerste
SH een zeer originele (kriskras) route af die niet erg effectief lijkt. Hij
schrijft een prachtig journaal dat heerlijk leest. Grote complimenten voor het
doorzetten ondanks de verwonding aan de hand!